De hechtingsrelatie is de basis van elk leven
Ieder kind ontwikkelt in zijn eigen tempo. We kunnen wel zeggen dat elk kind ontwikkelingsfasen doorloopt. Zo worden we allemaal geboren als een baby. In deze ontwikkelingsfase is de hechting met een ouder het belangrijkst. Huid op huid contact, een aanraking, een knuffel. Het gaat om die liefde. Daar groeit een baby van. Een baby die nooit wordt geknuffeld en vast wordt gehouden, zal het niet overleven. Een goede hechting is de basis van elk leven. In het eerste jaar kunnen we niet genoeg verwend worden. We geven het kind het eerste vertrouwen van het opbouwen in een relatie. En vanuit het vertrouwen in die relatie durft het kind juist afstand te gaan nemen en zelfstandiger te worden.
Van een baby gaan we naar een dreumes. We ontdekken de wereld en kunnen zelf lopen naar hetgeen waar we naartoe willen. We krijgen een eigen wil. Een dreumes wordt een peuter die zijn eigen wil nog eens zal uitspreken: ‘nee mijn’, ‘nee niet!’. De peuter wordt een kleuter. We gaan naar school en worden nu echt zelfstandiger. We moeten leren loslaten.
Lees elke dag 15 minuten
Motorisch gezien kan het kind tussen het 4de en 6de jaar zich- aan en uitkleden, leren fietsen en op 1 been staan. Vanaf het 6de jaar zal het kind ook goed leren lezen, schrijven en rekenen. Een tijd geleden was het kind vanaf het 6de levensjaar leerplichtig, dit hangt ook samen met dat vanaf die leeftijd een kind meestal echt goed kan leren lezen. Dit betekent niet dat we voor die leeftijd niks hoeven te doen, integendeel, het is juist heel goed voor de woordenschat om het leren lezen te stimuleren. Wanneer we elke dag 15 minuten voorlezen of een kind zelf leest, leest het meer dan 1 miljoen woorden per jaar.