Kinderen worden gelukkig van kinderen
Het gelukkige kind is niet het knapste, rijkste of slimste. Kinderen worden gelukkig van relaties met andere kinderen. De geluksbeleving wordt aanzienlijk verhoogt wanneer ze kunnen samenspelen, plezier kunnen maken en voelen dat ze erbij horen.
Op school maken kinderen natuurlijk een cognitieve ontwikkeling door. Ze leren lezen, schrijven, rekenen en ga zo maar door. De school is ook dé plek waar kinderen leren vriendjes te maken, maar ook leren ruzies te maken en conflicten op te lossen.
Kinderen worden dus gelukkig van relaties met leeftijdgenoten. Hoe zorgen we er dan voor dat kinderen relaties aangaan met leeftijdsgenoten?
We moeten ervoor zorgen dat kinderen een goede sociaal-emotionele ontwikkeling doormaken. Wat ook belangrijk is om te weten is dat de sociaal-emotionele ontwikkeling vooraf gaat aan de cognitieve ontwikkeling. Een kind moet dus goed in zijn vel zitten, zich veilig voelen en gelukkig zijn wil het tot leren komen.
Sociaal-emotionele ontwikkeling
De sociaal-emotionele ontwikkeling gaat over de ontwikkeling van een eigen persoonlijkheid, de sociaal-emotionele ontwikkeling is zoveel omvattend. Het gaat over goed in je vel zitten, omgaan met emoties van anderen, maar ook met je eigen emoties.
De sociale ontwikkeling gaat over het ontwikkelen van al het gedrag ten opzichte van anderen. Maar het gaat ook over de sociale cognitie. Kennis hebben over omgangsregels met elkaar. Bijvoorbeeld dat je op je beurt moet wachten, de vaardigheid om geduld te hebben.
De emotionele ontwikkeling gaat over het herkennen van je eigen emoties en hoe je daar mee omgaat. En ook over het herkennen van emoties bij een ander en hoe je daar op reageert.
Het zelfbeeld is een belangrijk begrip dat hoort bij de sociaal-emotionele ontwikkeling. Het is iets wat niet aangeboren is. Een zelfbeeld ontwikkel je door contact met anderen. Het zelfbeeld komt tot stand door jezelf te vergelijken met anderen en door reacties die je van anderen krijgt. Dat maakt het zelfbeeld natuurlijk heel kwetsbaar. Hoe je kind dus naar zichzelf kijkt, wordt gevormd door zijn omgeving,
Rond het 7de levensjaar begint een kind kritischer naar zich zelf te kijken. Dat komt omdat ze vanaf die leeftijd zichzelf gaan vergelijken met anderen. Voorheen was de zelfkennis meer feitelijk als: ‘Ik zit op judo’ en vanaf het 7de jaar zou een kind kunnen zeggen: ‘Ik vind judo leuk, maar ik kan het niet zo goed als Stefan’.
Wat draagt bij een een positief zelfbeeld? Het is belangrijk dat je kind het gevoel heeft dat hij er mag zijn en dat hij de moeite waard is, zelfwaardering. Dit krijgt een kind al mee wanneer het geboren wordt, de ouder geeft het kind het gevoel dat het van waarde is. Het is ook belangrijk dat je kind het gevoel heeft van: ‘Ja, ik kan het! Het gaat hier over zelfvertrouwen.
Wanneer je zelf positief bent, positief denkt, dan zal het kind automatisch ook optimistischer zijn. En ook dat is van belang voor een positief zelfbeeld.
Heb positieve verwachtingen, stimuleer je kinderen om te blijven proberen, van fouten kan je leren, praat ook positief over jezelf en over de toekomst! Dat helpt allemaal mee om een kind gelukkiger te maken!